2 december 2020
‘Ik vind Nederland een heel smakeloos muzieklandje, maar ze hebben Danny toch omarmd’
Behalve een diepe liefde voor muziek delen Johan Derksen en Danny Vera ook een passie voor ouwehoeren. Zet twee van de bekendste snordragers van Nederland bij elkaar en verbaal vuurwerk is gegarandeerd. Een gesprek over Veronica Inside, huilende BN’ers en Danny’s aanstaande vaderschap.
Fotografie: Sander Boer
Mooi moment in een kleedkamer van de Veronica Inside-studio: Danny Vera (43) overhandigt Johan Derksen (71) een elpee. Het is een van de eerste exemplaren van zijn nieuwe plaat, The New Now. De maker is er zichtbaar mee in zijn nopjes. Op de achterkant blinken de songtitels in gouden letters en de vurige lucht op de voorkant is gefotografeerd door Danny’s vrouw Escha, die vaste VI-kijkers kennen als de charmantste barvrouw van Nederland. Zodra de mannen zijn neergeploft voor het interview, blijkt dat ze zich achter de schermen precies hetzelfde gedragen als ervoor. De niets en niemand ontziende voetbalanalist en de op en top gesoigneerde singer-songwriter vonden elkaar in hun liefde voor muziek: Johan gaf Danny in 2009 een podium bij (toen nog) Voetbal International. Sindsdien zag hij zijn protegé een steeds groter publiek voor zich winnen, met het even onverwachte als ongekende succes van Roller Coaster – vorig jaar vanuit het niets binnengekomen op plek 4 in de Top 2000 – als voorlopig hoogtepunt.
Johan, hoe kwam Danny op jouw radar?
„Via Robbie van Donselaar, een vriend van mij die vroeger bij de Bintangs speelde. Hij liet me Danny’s eerste plaat For the Light in Your Eyes horen. Ik ging ervan uit dat het een Amerikaanse band was, maar het bleek een jongen uit Zeeland. In het radioprogramma dat ik al twintig jaar bij Radio Rijnmond doe, heb ik zijn muziek gedraaid en een paar lovende dingen gezegd. Ik kreeg een hele vertederde brief van Danny’s trotse vader, die het ontzettend leuk vond dat zijn zoon eindelijk eens waardering kreeg. Op de Nederlandse radio en tv is het wansmaak troef, dus toen de directeur van RTL een dixielandbandje bij VI wilde neerzetten, zei ik: ‘Laat mij dat maar regelen.’ Toen heb ik Danny gebeld.”
Danny: „Ik had daarvoor al gehoord dat Johan mijn muziek heel tof vond en hem benaderd voor een dvd die we aan het maken waren over Pink Flamingo, de plaat die ik met mijn laatste 8.000 euro had gemaakt in Nashville. We hebben bij mij thuis in Middelburg een uur of twee over muziek zitten praten.”
Johan: „Ik weet nog dat ik binnenkwam en aan de keukentafel een ontzettend lekker wijf zag zitten. Ik dacht: dat heeft die Vera goed gedaan. Dat was dus z’n schoonmoeder!”
Interview gaat verder onder de foto.
Danny, zat jij te wachten op zo’n wekelijks tv-optreden in een voetbalprogramma?
„Ik zat voornamelijk te wachten op een beetje geld verdienen. Ik kreeg tranen in mijn ogen toen Johan me vroeg. Hij gaf me de kans om 34 keer per jaar op tv te zijn. Een jaar lang heb ik alleen maar eigen werk gespeeld, om twaalf uur ‘s nachts na de Jupiler League. Dat was goud.”
Danny: ‘Ik kreeg tranen in mijn ogen toen Johan me vroeg voor VI’
Had die zichtbaarheid meteen effect op je boekingen en plaatverkoop?
„Nul. Het enige voordeel was dat ik bekend werd. Dat mensen dachten: hey, dat is die kerel met die vetkuif van VI.”
Johan: „Dat vond ik ook tegenvallen. Het heeft nog wel een paar jaar geduurd voor jij echt doorbrak.”
Danny: „Tot 2014 eigenlijk. Toen mocht ik omdat er iemand uitviel een keer een guilty pleasure bij De Wereld Draait Door doen. Dat viel goed en sindsdien is het echt gaan lopen.”
Johan: „Weet je wat het is: hij maakt geen commerciële muziek. Het VI-publiek zit niet te wachten op americana van Danny Vera, dat wil John de Bever.”
Hoe zou jij jullie band beschrijven, Johan?
„We zien elkaar eens per week in Hilversum. Privé moet ik ‘m niet over de vloer hebben. Als die gozer in Grolloo uit de auto stapt met die kuif, dan zijn ze allemaal in paniek.”
Danny: „Dat is wederzijds hoor, hahaha. Door dit werk heb ik sowieso geen privéleven. Vóór corona zag ik zelfs de vrienden waarmee ik ben opgegroeid maar één of twee keer per jaar.”
Johan: „Ik ben gered door corona. Ik had mijn hoofd in een strop gelegd door al zes jaar 125 theatershows per jaar te doen en de andere avonden hier te zitten. Als 70-plusser was ik zes dagen in de week onderweg en moest ik altijd een pleurisend rijden ‘s nachts. Corona kwam mij wel goed uit. Even rust.”
Danny: „Ik had precies hetzelfde. Niet dat ik de muziek ooit als werk heb gezien, maar ik heb wel dagen gehad dat ik dacht: niet wéér in een hotel.”
Johan: „Het is killing. Ik moet altijd naar Drenthe, hij naar Zeeland. Die weg ga je háten. Maar we moeten niet klagen. Amerikaanse muzikanten die ons zo horen praten, lachen om die afstanden. Voor hen is twee uur rijden woon-werkverkeer.”
Wilde jongensdromen
De vraag dringt zich onherroepelijk op: had Johan niet stiekem zélf een Danny Vera-achtige artiest willen zijn? „Nee, helemaal niet. Ik wilde wel altijd drummen, het liefst bij Cuby and the Blizzards, maar dat zat er niet in in het rechts-christelijke gezin waar ik uit kom. Toen ben ik maar voetballer geworden. Dat jeugdtrauma reageer ik nu al jaren af op de voetballerij.” Bij Danny is het precies andersom: hij ambieerde een carrière als profvoetballer. „Die droom heeft wel tot mijn zeventiende geduurd. Toen heb ik er een jaar uit gelegen met de ziekte van Pfeiffer en ben ik gaan drinken.” Volgens Johan is het maar beter zo: „Een liedje zingen kan iedereen, in de Eredivisie voetballen is andere koek!”
Hoe heb jij Danny’s lange klim naar de top beleefd?
„We hebben iets bereikt wat ik voor onmogelijk hield: een cultartiest in alle tv-programma’s en op alle radiostations krijgen. Ik vind Nederland een heel smakeloos muzieklandje, maar ze hebben Danny toch omarmd. Ook de commerciëlen.”
Danny: „Er wordt wel heel veel goeie muziek gemaakt, hoor. Maar óf ze krijgen geen kans, óf ze geven het op. Ik was ook al 32 toen ik het geluk had om deze baan te krijgen. Als je maar cd’s blijft maken die niemand koopt, wordt het op een gegeven een beetje sneu. Als je doet wat ik doe, moet je on top of your game blijven. Ik ben niet meer bezig met die plaat die ik net aan Johan gaf, maar met de volgende. Daar moeten weer twaalf liedjes op staan die ik zelf mooi vind.”
Johan: „Danny is een uitstekende songwriter, ik vraag me weleens af waar hij de creativiteit vandaan haalt. Ik ken eigenlijk niemand in Nederland die zúlke mooie Engelstalige liedjes maakt als Danny Vera.”
Danny: ‘Ik werd maar niet gedraaid op de radio. Waarom die kutplaat wel en mijn kutplaat niet?’
Voelde het succes van Roller Coaster als gerechtigheid?
Danny: „Dat kwam voor mij volledig uit het niets. Vroeger vond ik het frustrerend dat ik niet gedraaid werd op de radio. Waarom die kutplaat wel en mijn kutplaat niet? Op een gegeven moment zaten m’n zalen vol en geloofde ik het allemaal wel.”
Johan: „Het is onrechtvaardig dat de mensen het alleen maar over Roller Coaster hebben. Ik heb zijn hele oeuvre en op iedere plaat staan twee Roller Coasters. Alleen de mensen kennen het niet. Dat is het verderfelijke aan de radio: als die het niet uitzendt, kun je het mensen niet kwalijk nemen dat ze Danny Vera niet kennen.”
Danny: „Van het succes van dat nummer begrijp ik helemaal niks. De tekst van Roller Coaster gaat gewoon over mij en mijn vrouw, de hoogte- en dieptepunten van het leven. Ja, ik ben een sentimentele teringlijer.”
Johan: „Vorig jaar hebben we twee benefietavonden georganiseerd voor mijn zieke chauffeur Alexandra. Ik had nooit tijd om naar een concert van Danny te gaan, maar nu keek ik m’n ogen uit. Hij is niet meer een vetkuif met een Gretsch-gitaar, hij is een complete showman die zowel de uptempo nummers beheerst als een zaal doodstil kan krijgen. Tijdens liedjes als Roller Coaster zijn er normaal altijd wel grappenmakers die pils gaan halen, maar bij hem kon je een speld horen vallen.”
Danny: „Ik denk dat het publiek het fijn vind dat ze iemand op het podium zien staan die daarnaast precies hetzelfde is. En het is natuurlijk niet zo dat ik vorig jaar ben doorgebroken met Roller Coaster. Er zit 22 jaar werk in. Het enige wat veranderd is, is dat alle telefoons omhoog gaan als ik aan het eind van de set Roller Coaster doe. Zo’n hit helpt ook bij de boekingen en de gages, waardoor ik nu naast blazers ook strijkers en zangeressen kan meenemen.”
Interview gaat verder onder de foto.
Heb jij eigenlijk ook een sentimentele kant, Johan?
„Ik ben helemaal geen zwaarmoedig type, maar ik hou wel van sentimentele en droevige muziek. Verdriet en ellende leveren veel mooiere muziek op dan vreugde. Uit vreugde ontstaat feestmuziek en dat haat ik. Ik ben een echte bluesman.”
Danny: „Ik ben over het algemeen ook heel vrolijk, maar soms blijf ik in een neerslachtige bui hangen. Dat is misschien maar goed ook, want als ik niet alle emoties zou binnenlaten, zou ik ook geen liedjes kunnen schrijven. Bovendien zijn er veel mensen om me heen doodgegaan. Ik kon dat niet zo goed verwerken en de muziek hielp daarbij. What Life Brings, een liedje uit 2007, gaat over de dood van mijn moeder. Daar zing ik gewoon letterlijk: op een dag voelde ze een bobbel in haar borst. Red Moon van de nieuwe plaat gaat over mijn vader, die vier jaar geleden zelfmoord pleegde.”
Johan: ‘In Nederland heb je drie mensen die overal om huilen: Danny Vera, Eva Jinek en Willem van Hanegem’
Johan: „Is dat alweer vier jaar geleden? Jezus Christus, wat gaat dat snel.”
Danny: „Precies een jaar later, weer in oktober en weer bij een rode maan, stond ik in Paradiso en werd ik de volgende ochtend wakker met het nieuws dat een kennis van me een kogel door zijn harses had gejaagd.”
In het titelnummer van The New Now zing je ‘out of the blue, we’re in the new now’. Waar gaat dat over?
„Ik word vader met kerst. Daar waren Escha en ik al vier jaar mee bezig, maar dat ging allemaal niet. Door corona brak een nieuwe tijd aan, ineens was alles anders.”
Johan: „Toen heeft hij alleen maar liggen neuken.”
Danny: „Eigenlijk kwam het daar wel op neer. Door de lockdown kwam er zo’n fucking rust over me heen. Ik hoefde even niet meer. Toen zijn we elke avond het wijnkeldertje ingedoken. In april waren we zwanger. Er is voor ons een hele hoop aan het veranderen, dat is the new now.”
Johan: „Heb je ‘m weer hè, de sentimentele man. Hij heeft de snik in zijn stem er niet eens voor nodig, wat die Nashville-jongens allemaal hebben.”
Danny: ‘Tijdens de lockdown doken we elke avond het wijnkeldertje in. In april waren we zwanger’
Danny: „Ik denk serieus dat als ons kindje er is, ik bij het minste of geringste ga brullen.”
Johan: „Er zijn drie mensen in Nederland die overal om gaan huilen: Danny Vera, Eva Jinek en Willem van Hanegem.”
Heb je altijd al vader willen worden?
Danny: „Ik heb het nooit niet gewild, omdat ik eigenlijk wel gewoon alles wilde meemaken in het leven.”
Johan: „Geen voetballer én geen vader zou een beetje te veel van het goede zijn geweest.”
Danny: „Ik ben straks gewoon een wat oudere vader. Als ik bij dat schoolplein sta, zeggen ze waarschijnlijk: ‘Wat leuk dat opa je komt ophalen.’”
Johan: „Ik heb het allemaal al meegemaakt: mijn dochter Marieke is 41. Danny kan me altijd bellen. Ik weet alleen niet of ik de beste adviseur ben.”
Kijk je uit naar de poepluiers en babydoekjes, Danny?
„We hebben natuurlijk geen idee hoe fucking lang deze coronasituatie nog gaat duren, maar dat komt mij nu wel even goed uit. Ik ga me volledig op ons kind richten en kom ongeveer in maart m’n grot weer eens uit. Het is een ontwikkeling in mijn leven die ik heel belangrijk vind, daar wil ik goed de tijd voor nemen.”
Ode aan Vera
Danny Vera werd geboren als Danny Polfliet. Zijn artiestennaam is een ode aan zijn in 2001 overleden moeder Vera, die samen met Danny’s vader Louis tientallen jaren bloemenkiosk Vera in Middelburg runde. Toen de keet op de Koningsbrug vorig jaar definitief werd ontmanteld, leek het zoonlief wel geinig om op precies die plek een muzikaal eerbetoon te houden. Dat geintje liep iets uit de hand: er stonden 2.000 man op de brug, straten moesten worden afgesloten. „Zo veel klanten hebben mijn ouders nooit gehad. Ja, misschien in al die jaren bij elkaar.”
Dit interview is oorspronkelijk gepubliceerd in Veronica Magazine 48, 2020.